Weer aan de slag door jobcoaching

Trots op normaal werk

Tekst: Eric Minten – Fotografie: Eric Minten

15-12-2021

Het was een val, een ongeluk. Tien meter naar beneden in een liftschacht. Artur de Groot (34) werkte mee aan de bouw van de Noord-Zuidlijn in Amsterdam. Een mooi project. Hij had net z’n theorie gehaald voor zijn rijbewijs en zou een week later afrijden. Daarna, z’n droomauto. Een Subaru Impreza WRX. Drieëntwintig jaar was hij, een leven vol plannen voor de boeg. Totdat…

We spoelen ‘de film’ vooruit. Elf jaar later, anno nu. Autobedrijf van Vliet in Schagen. Ratelend wordt een autowiel vastgedraaid. De geur van rubber, olie en metaal, terwijl een van de bruggen in de werkplaats zacht zoemend een auto optilt. Met zijn handen schetst Artur de situatie van toen. “Een liftschaft, de zoveelste verdieping, ik stond hier, mijn baas daar, er stonden containers en die werden verplaatst.” Zijn stem heeft een gebeurd-is-gebeurd-toon. Nuchter. Je verandert er toch niets meer aan. Zo klinkt het. Met zijn hand doet hij de val na. Hij fluit van hoog naar laag. Van hard naar onhoorbaar. In de stilte aan het eind kun je de klap bijna horen en voelen. “Ik had net zo goed dood kunnen zijn”, zegt hij. “Na zes dagen werd ik wakker, in het ziekenhuis. Geen idee van wat er gebeurd was. Het enige dat ik nog wist, was dat ik vlak voor het ongeluk vijf grilburgers had gegeten bij de Febo.” Hij lacht en er verschijnen lichtjes in zijn ogen.

32 pennen

Artur brak zijn bekken op vijf plaatsen. Ook zijn linkerbeen en arm waren er slecht aan toe. Vijf platen en tweeëndertig pennen houden sindsdien de boel bij elkaar. Na het ziekenhuis begon de revalidatie. “Ik zat in een rolstoel en wilde per sé weer leren lopen”, vertelt hij. Dat lukte. Wel heeft hij blijvend letsel. Lopen gaat daardoor moeilijk en het gebruik van zijn linkerarm is niet meer zoals het was. Na zeven maanden mocht hij weer naar huis. Aanvankelijk ging hij wonen bij een vriendin van zijn moeder. In het begin ging dat goed, maar later niet meer. “Ik wilde gewoon wat doen,” vertelt Artur, “ik zat al een jaar thuis, ik kon nergens heen en ik wilde niet met mijn rollator de kroeg in. Toen zat ik er wel even doorheen.” Die frustratie leidde tot problemen. Het was beter dat hij zelfstandig ging wonen. En zo kwam hij uiteindelijk terecht in Schagen waar hij woonondersteuning krijgt.

Artur is een echte praktijkman. “Ik moet dingen zien om ze te kunnen leren”, vertelt hij. Met een apparaat haalt hij een versleten autoband van een lichtmetalen velg. “Ik deed praktijkonderwijs, dat past bij mij. Bezig zijn.” Voor het ongeluk werkte hij hard. ’s Avonds om tien uur naar bed en de volgende ochtend om vijf uur eruit. Aan de slag. Na het ongeluk was alles totaal anders. Betaald werk ging niet meer. Artur werkte bij de voedselbank en een autosloperij. “De sloperij was leuk. Ik was veel buiten en had leuke collega’s”, merkt hij op. Nu dus bij Autobedrijf van Vliet. Dankzij de dochter van de eigenaar. Door zijn verhuizing naar Schagen moest Artur op zoek naar andere dagbesteding. Hij kwam terecht bij het Skager AC (activiteitencentrum) van Esdégé-Reigersdaal en werkte onder andere bij het Tracé. Daar werd hij opgemerkt door een stagiaire. De dochter ván dus. “Ik zat daar vaak filmpjes van auto’s te kijken en zij zag dat. Haar vader had een autobedrijf en zo ben ik bij Autobedrijf van Vliet terecht gekomen. Dat bevalt me goed.” Ondertussen zit de nieuwe band er weer net zo makkelijk om als de oude eraf ging. “Weet je wat het is,” vervolgt Artur, “ik wil mij geen cliënt voelen en bij Van Vliet ben ik een van de jongens. Ik hoor er gewoon bij. Dat is wat ik wil.”

"Ik wil mij geen cliënt voelen"

Jobcoaching

Astrid Snaas is jobcoach bij het Skager AC: “Wij proberen passend werk of dagbesteding te vinden voor cliënten. Hierbij kijken we naar de mogelijkheden van de cliënt. Vervolgens leggen we contact met bedrijven waarvoor hij of zij wat kan betekenen. In 2019 zijn we met een groep cliënten begonnen bij Karwei in Schagen. Dat leek me ook wel wat voor Artur.” “Ik wilde dat alleen niet,” wordt ze aangevuld. “Ik zag het gewoon niet zitten. Ik dacht dat ik daar alleen maar mocht schoonmaken en opruimen.” En toen, toen was het maart 2020. Corona. Dagbestedingslocaties gingen dicht en Artur kwam voor een groot deel thuis te zitten. Astrid: “Ik kreeg een telefoontje, Artur wilde toch wel een dagje meedraaien bij Karwei.” Het werk bleek Artur goed te liggen. “Het was anders dan ik had verwacht. Soms moet ik wel even vegen of stofzuigen, maar dat hoort er gewoon bij. Ik doe ook heel veel andere dingen.”

Maatwerk

Astrid: “Het mooie van het werken bij Karwei is dat het maatwerk is. Iedereen die daar werkt kan dat doen op een manier die bij hem of haar past. De mate van zelfstandigheid is verschillend. De een heeft nabijheid nodig, terwijl de ander juist graag zelfstandig werkt. Artur heeft een eigen afdeling die hij beheert.” “Ik houd de afdeling bouwmaterialen bij”, vertelt hij. “Ik vul spullen aan, houd alles netjes en help klanten. Vooral het werken met klanten vind ik leuk. Ik merk wel dat ik mij minder goed kan concentreren. Als ik iets in een schap moet leggen, kost het mij moeite om de juiste plek te vinden. Heb ik die plek eenmaal gevonden, en ik draai mij om, ben ik de plek weer kwijt en moet ik opnieuw zoeken. Voor dat soort situaties bedenk ik oplossingen. Ik hang bijvoorbeeld het kaartje van het schap even scheef. Hierdoor kan ik de juiste plek makkelijker terugvinden.”

Shirtje ruilen

Astrid: “Na een maand gaf Artur aan dat hij zich niet prettig voelde in het Esdégé-Reigersdaal-shirt. Wij dragen zo’n shirt om te laten zien dat we van de dagbesteding van Esdégé-Reigersdaal zijn.” “Ik weet niet precies waarom ik zo’n shirt niet aan wil”, vertelt Artur. “Ik weet dat mensen naar mij kijken wanneer ik loop. Ik heb een soort hupje tijdens het lopen vanwege mijn ongeluk. Het shirt van Esdégé-Reigersdaal voelde voor mij gewoon niet prettig.” Er werd gezocht naar een oplossing, en die is gevonden. Een ander shirt. ‘Stage’ staat erop.

Scholing

“Tijdens een werkdag doen we ook altijd een halfuur aan scholing”, vertelt Astrid. “Het is een groepsgesprek waarin je dingen met elkaar bespreekt. Dat kan scholing zijn, maar er kunnen ook onderwerpen zoals gezond eten, op jezelf gaan wonen of actualiteiten voorbijkomen. Tijdens zo’n gesprek is het de bedoeling dat je dingen leert van elkaar.”

"Ik ben er trots op dat ik normaal werk heb"

Toekomst

“Als ik een miljoen win, wil ik een eigen huis. Die laat ik dan bouwen. Veder zou ik graag mijn heftruckdiploma halen. Dat lijkt mij mooi werk en dat kan ik op meer plekken doen. Bij Karwei kan ik certificaten halen, via de Karwei-academie. Zo mag ik nu met de elektrische pompwagen werken. Ik heb een cursus gedaan om te leren hoe dat ding werkt.” Astrid: “We blijven altijd kijken naar wat cliënten wél kunnen en wat haalbaar is. Daar zoeken we dan bedrijven bij die dit mogelijk willen maken. Vaak is er meer mogelijk dan je in eerste instantie zou denken.”

Trots en tips

Artur: “Ik ben er trots op dat ik normaal werk heb. Hier bij Van Vliet en bij Karwei. Gewoon tussen de mensen. Ik zou anderen die in mijn situatie zitten adviseren om dingen uit te proberen. Zoek hulp. Je weet pas of werk leuk is of niet als je het gedaan hebt. Ik dacht ook dat ik Karwei niets zou vinden. Toch bleek het een leuke baan te zijn. Maar ik heb ook bij een kinderboerderij gewerkt. Daar kwam ik erachter dat dieren niet echt mijn ding zijn. Gewoon proberen dus, loop een keer een dagje mee. Vind je het niks, kun je gewoon verder zoeken.”

Astrid: “Het is belangrijk om over je wensen en mogelijkheden te praten, dat kan met Esdégé-Reigersdaal of met de gemeente of het UWV. Zij kunnen je doorverwijzen naar ons. Op die manier vind je werk of dagbesteding die bij jou past. Ik denk dat dat hetgeen is dat iedereen uiteindelijk wil: nuttig werk doen en serieus genomen worden. Daar zetten wij ons voor in.”

Gerelateerde locaties

Delen? Graag!

Lees ook deze verhalen...

Rust en ruimte in de Schuur

In de tuin van woonlocatie de Boerderij in Enkhuizen stond altijd al een bijgebouw. Handig om spullen op te slaan of om te vergaderen. Maar in de zoektocht naar kleinschalige dagbesteding
Lees meer...

Samen naar school

Dill Druif stond aan de wieg van de allereerste samen naar school-klas in West-Friesland. Nu, tien jaar later, zijn er vier klassen bijgekomen en is een groot deel van de
Lees meer...

Rust en ruimte in de Schuur

In de tuin van woonlocatie de Boerderij in Enkhuizen stond altijd al een bijgebouw. Handig om spullen op te slaan of om te vergaderen. Maar in de zoektocht naar kleinschalige dagbesteding
lees meer...

Samen naar school

Dill Druif stond aan de wieg van de allereerste samen naar school-klas in West-Friesland. Nu, tien jaar later, zijn er vier klassen bijgekomen en is een groot deel van de
lees meer...
Stappenplan koffiedrinken

Bij mensen met een beschadigd brein, bijvoorbeeld bij dementie, kunnen onnodige prikkels en onrust leiden tot een gebrek aan concentratie of beangstigende situaties. De begeleiding van cliënten met een beschadigd brein is er dan ook vaak op gericht om afleidende en storende prikkels te vermijden. Het herkenbaar maken van activiteiten speelt daarbij een rol. Hieronder een stappenplan voor koffiedrinken. Door consequent het plan te volgen wordt de activiteit ‘koffie drinken’ herkenbaar en voorspelbaar. 

Stappenplan koffiedrinken

1. Koffie/thee kar klaarzetten met alles erop, dit voorkomt veel heen en weer geloop van de begeleider. Heen en weer lopen geeft onnodige prikkels en onrust bij de cliënt.

2. Deuren sluiten en een “Niet storen” bordje op de deur hangen, dit voorkomt dat mensen in en uitlopen.

3. Alles van de kar op tafel zetten, als dan de cliënten aan tafel komen staat alles al klaar. Dus minder prikkels. Begeleiders kunnen zich totaal richten op de cliënt en op het koffie drinken.

4. Cliënten naar vaste plaats aan de tafel begeleiden (eerst afstemmen, contact maken en dan verleiden!), kijk eerst in de ogen van de cliënt : ziet hij/zij je en waar kijkt hij/zij naar en hoe staan de ogen. Maak contact dmv toelachen, aanraken en vervolgens verleiden.

5. Muziek uitzetten (als cliënten niets zeggen, dan zachte muziek), pas uitzetten als iedereen aan tafel zit, omdat de hersenen dan wel bezig gehouden worden met het geluid (geen prikkel leidt tot angst en onrust).

6. Begeleiders gaan aan tafel zitten en blijven zitten. Ze drinken zelf mee (maar houden geen pauze!!). Begeleiders zijn gericht op de cliënten, ze praten niet teveel met elkaar, door zelf mee te drinken stimuleert dat cliënten om zelf ook mee te drinken.

7. Er is een duidelijk begin en duidelijk eind.

8. Na afloop ruimt 1 begeleider de tafel af (eventueel met hulp van een cliënt), een ander begeleidt cliënten naar een andere plaats in de ruimte. Zo worden cliënten geholpen om zich in te stellen op een nieuwe activiteit/nieuwe plaats in de ruimte.

Visie Esdégé-Reigersdaal

Bij haptonomisch verplaatsen staat zelfredzaamheid altijd centraal. Vooral omdat het meer respectvol is voor de cliënt en de zorgverlener. Want te veel doen voor een cliënt in de zorg ontneemt hem zijn mogelijkheden en zijn eigenwaarde. Te veel doen voor cliënten is daarbij onnodig zwaar voor de begeleiders en plaatst hen in een rol waarin geen samenwerking kan ontstaan met de cliënt. Met haptonomisch verplaatsen is de zelfredzaamheid voelbaar, zichtbaar en overdraagbaar. Het biedt praktische vaardigheden om te leren hoe de zelfredzaamheid van de cliënt zo veel mogelijk behouden kan blijven.

Gentle Teaching

Gentle Teaching (McGee, 1992) is een methodiek die veel voorkomt bij het begeleiden van mensen met een verstandelijke beperking. De methodiek is gebaseerd op de Psychologie van wederzijdse afhankelijkheid. Hierbij gaat men ervan uit dat ieder mens de behoefte heeft zich verbonden te voelen met anderen in wederkerige en gelijkwaardige relaties. Bij Gentle Teaching is een veilige en liefdevolle relatie de basis voor de ontwikkeling van de cliënt.

De begrippen die bij Gentle Teaching centraal staan zijn:

  • We respecteren elkaar
  • We accepteren elkaar
  • We proberen elkaar te begrijpen
  • We waarderen elkaar
  • We geven elkaar zelfvertrouwen
  • We proberen elkaar vooruit te helpen
Totale Communicatie

Totale Communicatie is het ondersteunen en bevorderen van communicatie met diverse middelen zoals foto`s, pictogrammen, gebaren, verwijzers en geschreven taal. Totale Communicatie wordt vooral gebruikt bij mensen met een verstandelijke beperking, kinderen met spraak/taal moeilijkheden en bij mensen met afasie of dementie

Visie Esdégé-Reigersdaal

Esdégé-Reigersdaal is een visie gestuurde organisatie.

Onze visie:
Alle mensen zijn gelijkwaardig, elk mens is uniek.

Daarom heeft iedereen recht op:

  • respect
  • ontplooiing
  • een volwaardige plaats in de samenleving
  • relaties met andere mensen
  • eigen keuze


Dit betekent dat wij:

  • het individu respecteren
  • inspelen op de mogelijkheden van het individu
  • ondersteuning bieden bij het maken van keuzes
  • uitgaan van het gewone en speciale voorzieningen treffen waar nodig
  • ondersteuning bieden bij het aangaan en behouden van relaties
  • gericht zijn op een volwaardige plaats voor het individu in de samenleving


Volwaardig burgerschap van mensen met een beperking vinden wij belangrijk. Daarom werken we mee aan normalisatie en integratie. Mensen krijgen bij ons de ruimte om passende ondersteuning te organiseren. Zoveel mogelijk beslissingen worden genomen in de omgeving van de cliënt, waar immers de ondersteuningsvragen worden geformuleerd. Van medewerkers verwachten we dat ze cliënten vanuit deze visie respectvol ondersteunen.

Voorwaarden abonnement Bladeren

Begrippen

  • Bladeren
    Het tijdschrift met die titel, dat 4 maal per jaar wordt gemaakt en uitgegeven door Stichting Esdégé-Reigersdaal.
  • Abonnement
    Het abonnement is een éénmalige betaling die recht geeft op toezending van 4 opeenvolgende kwartaaluitgaven van Bladeren en heeft daardoor een looptijd van ongeveer één jaar.  

Bepalingen

  • Abonnees kunnen via e-mailadres bladeren@esdege-reigersdaal.nl contact opnemen met de redactie en administratie van Bladeren. 
  • Abonnees kunnen een adreswijziging doorgeven en klachten melden bij het niet ontvangen van Bladeren. 
  • Abonnees zijn verantwoordelijk voor het tijdig doorgeven van een adreswijziging.
  • Indien gewenst kan de verdere toezending van Bladeren worden stopgezet.
  • Er vindt geen terugbetaling plaats voor niet ontvangen nummers bij onjuiste adressering of bij het stopzetten van de toezending.

Privacy
De verkregen adresgegevens worden uitsluitend gebruikt voor het toezenden van Bladeren en ze worden niet beschikbaar gesteld aan derden. Het privacy reglement van Esdégé-Reigersdaal is van toepassing.
Video-interactie training

Door middel van korte video-opnames waarbij de interactie tussen cliënt en (cliënt) begeleider centraal staat proberen we te leren van de situatie, het eigen gedrag en gedrag van cliënt beter te begrijpen om vervolgens de volgende keer daar weer beter mee om te gaan. De video-interactie training richt zich op ‘klein kijken’, waarbij signalen van de cliënt nauwkeurig kunnen worden geobserveerd en geïnterpreteerd. De video-interactie training is gebaseerd op de methode van Heijkoop.

Visie Esdégé-Reigersdaal

Er wordt binnen Esdégé-Reigersdaal gewerkt met ondersteuningsplannen. In overleg met de cliënt en zijn/haar vertegenwoordiger wordt in het ondersteuningsplan een beeld van de cliënt geschetst en van wat hij/zij nodig heeft om prettig te kunnen functioneren. Jaarlijks wordt er geëvalueerd en waar nodig wordt het plan bijgesteld.

Browsericoon Esédége-Reigersdaal

Browser niet geschikt

De Internet Explorer browser is sterk verouderd en niet in staat om moderne websites als deze correct weer te geven.

   Sommige onderdelen van deze website zullen in Internet Explorer daarom niet goed functioneren.

Voor de beste ervaring gebruik een moderne browser zoals Google Chrome.

Werken met een vertrouwensrelatie

Een cliënt heeft vertrouwen in jou nodig voordat hij een band met je aangaat. Pas als er een wederzijdse band is, kun je hem of haar stimuleren zich open te stellen om op onderzoek uit te gaan, nieuwe ervaringen op te doen, relaties aan te gaan en zich op alle gebieden te ontwikkelen: lichamelijk, cognitief en sociaal-affectief. Een vertrouwensband is dus een belangrijk aspect van de relatie.

Active Support

Active Support is een ondersteuningsmethodiek speciaal ontwikkeld om cliënten actief te betrekken bij de dagelijkse gang van zaken zodat ze meer regie over hun leven krijgen. De methode gaat uit van een aantal algemene principes die van belang zijn voor een zo gewoon mogelijk leven:

  • deelnemen aan de samenleving
  • een netwerk van relaties hebben, waaronder familie en vrienden
  • deze relaties moeten van langere door zijn (continuïteit)
  • de kans krijgen om ervaringen op te doen en te leren
  • keuzemogelijkheden hebben en controle over het eigen bestaan
  • een zekere status krijgen en gerespecteerd worden
  • behandeld worden als een individu
Van de boer

Wij boeren op een ouderwetse, kleinschalige manier op het voormalig eiland Wieringen. De boerderij ligt aan de rand van een vogelgebied en staat op een erf van ongeveer 40 are. De boerderij ligt 200 meter van de weg af en de dichtstbijzijnde buur woont 500 meter verderop.

​Een groot deel van het land ligt direct bij de boerderij. De rest ligt verdeeld in 7 kleine stukjes over het mooie Wieringen. Deze stukken worden voornamelijk gebruikt voor hooi. Het hooi (gedroogd gras) maaien we in het voorjaar en de zomer en daarna staan onze schapen en jongvee op deze landjes. We gaan hier dan iedere dag heen om te kijken of het met het vee goed gaat en om water te brengen.

De nadruk van het bedrijf ligt op de fok van koeien. We hebben ieder jaar ongeveer 35 koeien, volwassen en jongvee. Onze koeien zijn Lakenvelders. De Lakenvelder is een zeldzaam, ouderwets vleesras. In heel Nederland lopen ongeveer nog 2000 van deze koeien. We zijn lid van het stamboek en we doen mee aan het fokprogramma. We houden onze koeien op een natuurlijke manier, de koeien worden zomers door de stier gedekt. De kalfjes worden meestal in het weiland geboren. Ze blijven bij de moeder totdat het weer slechter wordt en ze op stal gaan. Dan pas worden de kalfjes bij de moeders weggehaald. Overtallige dieren, meestal stierkalveren, brengen we op een natuurlijke manier groot. Deze dieren gaan naar een ambachtelijke slager in een dorp verderop.

Het vlees dat wij leveren wordt ‘vlees met een goed verhaal’ genoemd. Dit is eigenlijk een win-win situatie; de mensen kunnen genieten van het mooie landschap met de koeien en kalveren en ze kunnen een lekker stukje van datzelfde vlees halen bij de slager in de buurt. Ze weten dan dat het goed en verantwoord is gegroeid en behandeld.
Wij zijn dan ook nauw betrokken bij de natuur. We hebben veel land met een uitgestelde maaidatum waar de vogels rustig kunnen broeden. De boer is zelf ook vrijwilliger om dit allemaal in kaart te brengen en de vogels in de gaten te houden.

We zijn sinds kort ook bezig om met varkens te gaan fokken. Ook dit is een apart ras, het Pietrain varken. Het Pietrain varken is een goed varken om kleinschalig te houden en zo op een natuurlijke manier een goed stukje vlees te produceren.

Vanaf 2016 hebben een mooie grote groentetuin en in de zomer van 2017 hebben we zelf een kippenhok gebouwd waar nu 40 kippen (voornamelijk Leghorn) in rondscharrelen.

Methode Heijkoop

De methode Heijkoop helpt een cliënt beter te begrijpen waardoor er passende ondersteuning geboden kan worden. Middels vijf verschillende instrumenten wordt onderzocht hoe een cliënt functioneert. In dit onderzoek zijn verwanten en teamleden intensief betrokken. Op basis van observaties en analyse wordt gezocht naar andere mogelijkheden om met een cliënt om te gaan.

De methode maakt gebruik van vijf instrumenten:
1. Ontdekkend kijken
2. Functioneringsprofiel
3. Constructieve hantering probleemgedrag
4. Relatiedynamiek
5. Videotraining

Ontdekkend kijken
Ontdekkend kijken is een vorm van videoanalyse. Het is het basisinstrument van de Methode Heijkoop. Het instrument helpt begeleiders betekenisvol en onbevooroordeeld naar de cliënt te kijken en maakt hen bewust van de unieke lichaamstaal van de cliënt. Er ontstaat inzicht in de persoonlijke beleving en emoties, de manier van oriënteren, contact maken, communiceren, initiatieven nemen en de manier waarop de client oplossingen bedenkt.

Constructieve hantering probleemgedrag
Dit instrument helpt de begeleider om op moeilijke momenten, al dan niet met probleemgedrag, actief samen te werken met de cliënt. Het helpt de begeleider onderscheid te maken tussen de betekenis van het probleemgedrag voor de cliënt en de emotionele reacties van de begeleider op het probleemgedrag. Als de begeleider inziet wat het probleemgedrag betekent voor de cliënt, kan hij hem/haar helpen daar een andere oplossing voor te vinden.

Functioneringsprofiel
Dankzij het functioneringsprofiel wordt de begeleider zich bewust van de verwachtingen die de cliënt onbewust bij hem oproept. Het geeft de begeleider inzicht op grond waarvan hij de cliënt over- of onderschat. Doordat hij meer inzicht krijgt, kan hij zijn reacties beter afstemmen op wat de cliënt op een bepaald moment aankan. Daarmee voorkomt de begeleider veel stress bij de cliënt en zichzelf.

Relatiedynamiek
Het instrument relatiedynamiek brengt de dynamiek terug in een vastgelopen relatie tussen begeleider en cliënt. Het maakt de begeleider bewust van hoe hij zich opstelt ten opzichte van de cliënt, en van het beroep dat hij daarmee doet op de cliënt. Het omgekeerde geldt ook: hij krijgt meer oog voor het beroep dat de cliënt op hém doet.

Videotraining
Het instrument videotraining helpt de begeleider bij het ontwikkelen en zich eigen maken van relationele kwaliteiten. De begeleider leert zichzelf feedback geven op de relationele kwaliteit die hij zelf heeft uitgekozen. Die gaat hij/zij oefenen in de praktijk, mèt de cliënt. Van die begeleidingssituatie worden video-opnames gemaakt, die na afloop besproken worden.

Bron: Heijkoop-academy

Beleven in muziek (BIM)

BiM, Beleven in Muziek, stimuleert het ervaren van het lichaam door de muziek te laten voelen. Doelgericht in te zetten voor o.a. contact, communicatie, alertheid, ontspanning, plezier. BiM draagt ook bij aan de muzikale ontwikkeling.

Op speciaal ontwikkelde muziek wordt de deelnemer door de BiM gever aangeraakt met speciale objecten zoals ballen, zacht handschoenen of veren. Ieder muziekstuk heeft zijn eigen bewegingen en objecten. Ook wordt soms gewerkt met etherische oliën.

Financieringsmogelijkheden

De jobcoaches hebben ruime kennis op het gebied van wet- en regelgeving en de financiering van trajecten. Zij kunnen je alles vertellen of je in aanmerking komt voor ondersteuning van een jobcoach.

Wet Langdurige Zorg (WLZ), aanvraag bij CIZ
De Wet Langdurige Zorg is er voor mensen die intensieve begeleiding en nabijheid nodig hebben. Een indicatie voor dagbesteding wordt afgegeven door het Centrum indicatie Zorg (CIZ).

Sociaal Activering traject, aanvraag UWV
Sociale activering is bedoeld als een voorbereidingsperiode op een betaalde baan met behoud van uitkering. De duur van het traject is maximaal 1 jaar. Dit traject wordt onder andere ingezet om te participeren in de maatschappij, zelfvertrouwen op te bouwen en werkervaring op te doen. Tevens wordt er aandacht besteed aan sollicitatievaardigheden en kan onderzocht worden welke beroepen passend zijn.

Individueel Re-integratie traject (IRO), aanvraag UWV
Het doel van het IRO traject is het verkrijgen van een passende betaalde baan. De jobcoach zal jou begeleiden en ondersteunen bij het vinden en behouden van een geschikte baan.

Persoonlijke Ondersteuning (PO), aanvraag UWV
Indien je een betaalde baan hebt en je hebt hierbij extra ondersteuning nodig dan kun je aanspraak maken op een traject Persoonlijke Ondersteuning/ Jobcoaching. Denk hierbij aan onder andere het trainen van werknemersvaardigheden. Voor meer informatie over dit traject en de eventuele aanvraag kan je terecht bij een jobcoach.

WMO (Wet Maatschappelijke Ondersteuning), aanvraag gemeente
De gemeente is verantwoordelijk voor de uitvoering van de wet maatschappelijke ondersteuning, de WMO. Deze wet omvat activiteiten die het je mogelijk maken om mee te doen in de samenleving, bijvoorbeeld vrijwilligerswerk. Voor meer informatie verwijzen wij je naar de website van de gemeente.

Eigen bijdrage
Gemeenten mogen voor de ondersteuning die zij bieden een eigen bijdrage vragen.
Op de website van het CAK kunt u een indicatie krijgen van de hoogte van de eigen bijdrage.

Omgevingszorg

Een omgeving, die goed is afgestemd op mensen bij wie sprake is van dementie of een hersenbeschadiging heeft een positief effect op het dagelijks functioneren van die mensen. Aandacht voor die omgeving noemen we omgevingszorg.

Omgevingszorg beschouwd de invloed van de omgeving op mensen met een beschadigd brein, waaronder dementie. Mensen met dementie worden in toenemende mate afhankelijk van prikkels uit de omgeving. De prikkelverwerking in het brein is verstoord. Hierdoor iemand met dementie zijn/haar gedrag niet meer uit zichzelf sturen. Gedrag wordt meer en meer bepaald door de omgeving.

Een ongunstige omgeving speelt dan ook een belangrijke rol bij het ontstaan van onbegrepen (probleem)gedrag. Mensen met een beschadigd brein reageren vaak impulsief, reflexmatig en intuïtief op omgevingsprikkels. Bij omgeving kan worden gedacht aan: de fysieke omgeving, werk- en leefprocessen (waaronder de bejegening) en de dag- en tijdsbesteding.

Een omgeving, die is vormgegeven vanuit de ideeën van omgevingszorg, is een omgeving, die

  1. Overzichtelijk, duidelijk en herkenbaar is;
  2. Daardoor begrepen wordt;
  3. Doelgericht gedrag uitlokt;
  4. Zorgt voor de juiste prikkel op het juiste moment;

Door de omgeving en het gedrag methodisch te observeren ontstaat inzicht in ontregelende situaties en storende prikkelbronnen. Dit geeft praktische handvatten voor optimale omgevingszorg: het toepassen van verbeteringen in de leefomgeving van mensen met een beschadigd brein. Het resultaat is een zichtbaar positieve uitwerking op het gevoel van welbevinden en veiligheid. De stress vermindert en niet begrepen (probleem) gedrag neemt af.

Meer info:
breincollectief.nl

LACCS

Het LACCS-programma richt zich op de kwaliteit van leven van cliënten met EVMB. Binnen het programma wordt er aan de hand van vijf gebieden gekeken hoe goed het leven van de cliënt is. De vijf gebieden sluiten aan bij algemene menselijke behoeften. De gebieden zijn:

  • Lichamelijk welzijn
  • Alertheid
  • Contact
  • Communicatie
  • Stimulerende tijdsbesteding

Door bewust te kijken naar deze vijf gebieden en hoe ze voor een cliënt verbeterd kunnen worden, werken alle betrokken samen aan een goed leven voor de cliënt. Per gebied zijn er een aantal waarden geformuleerd die helpen om concreet te kijken naar de kwaliteit van het leven van de cliënt. De vijf LACCS-gebieden zijn allen even belangrijk.

Het LACCS-programma kenmerkt zich door een zeer cliëntgerichte ondersteuning. De vijf gebieden hebben een directe relatie met het dagelijks leven van de cliënt. Het zien van ontwikkelmogelijkheden, hoe klein dan ook, speelt binnen het LACCS-programma een belangrijke rol.

Meer info:

Naar de inhoud springen